Vaak wordt gedacht dat de PVV deze term zelf heeft bedacht en in het parlement heeft geïntroduceerd. Niets is minder waar!! De eerste keer dat de term "Islamisering"in het Nederlandse parlement viel was op 21 februari 1980, door het GPV kamerlid Verbrugh. Het ging over de korvetten die Nederland aan Indonesië wilde leveren en de situatie op Oost-Timor en West Irian (het voormalige West-Papoea).
Bij die gelegenheid stelde het kamerlid:
"Uit verschillende informatiebronnen, waarvan het recente boek van dr. Lagenberg er één is, wordt in ieder geval de indruk gevestigd dat er op West-Papoea sprake is van meer of minder ernstige vormen van genocide, economische uitbuiting, gedwongen emigratie van Papoea's naar lndonesië, Islamisering van West-Papoea en roofbouw op het bosbestand. Is het wel juist in zo'n situatie met de armen over elkaar te wachten tot misschien nog eens blijkt dat deze berichten in meer of mindere mate waar blijken te zijn? De Minister zal het toch met mij eens kunnen zijn dat hij dan in ieder geval te laat is. "
De term "Islamisering" wordt meestal gebruikt in samenhang met ontwikkelingshulp, bijvoorbeeld op 24 november 1992, over de islamisering van Soedan of in de begroting voor 1994, in verband met Pakistan. Na een reis van de vaste commissie van Buitenlandse zaken naar Bulgarije in 1985 werd over de over de islamisering van Bulgarije in de 15e eeuw gesproken.
De eerste keer dat de term "Islamisering" in verband is gebracht met de Nederlandse samenleving was op 17 september 1990 in de Vaste commissie voor het minderhedenbeleid, waar het volgende is opgetekend"
"Uit onderzoek van de Leidse vakgroep Culturele antropologie is gebleken, dat de besnijdenissen in ons land niet goed geregeld zijn. Wat is de reactie van het kabinet op dit onderzoek of bemoeit het zich er totaal niet mee? (...) Zijn wij met dit alles, zoals sommigen stellen, op weg naar een "islamisering" van de Nederlandse samenleving? Moeten wij niet alles doen om tegen het opkomende islamitisch fundamentalisme een dam op te werpen? Moeten wij niet leren van de Golfcrisis? Voorzitter. Deze deels uit een zekere angst voortkomende vragen kan men vandaag veel horen. In de eerste plaats lijkt het dan verstandig om de problematiek waarom het gaat in haar juiste proporties te zien. Niet elke islamiet in Nederland is een militante fundamentalist. Integendeel, het gaat hier om naar verhouding kleine aantallen, zo is onder andere gebleken rond de Rushdie-affaire. De groei van het fundamentalisme in de arabisch-islamitische wereld is onmiskenbaar, al roept zij ook daar grote weerstanden op. Die groei mag niet op dezelfde wijze in onze samenleving worden voorondersteld, al is bij emigranten, zeker als zij niet geïntegreerd en geïsoleerd leven, een neiging tot fundamentalisme aanwezig. "
Door wie deze tekst werd uitgesproken lees door op "meer "te klikken:
De heer Krajenbrink CDA
No comments:
Post a Comment
Bedankt voor jouw reactie. We beoordelen of de reactie geplaatst kan worden.