Afgelopen week hield de voormalige minister president Dries van Agt een toespraak in de Tweede Kamer, om de petitie "Sloop de Muur" toe te lichten. Wie wel eens een Palestijnse bijeenkomst, zoals de Dag van het Land of de Nakba-herdenking heeft bijgewoond, kan het niet zijn ontgaan, dat er een paar mensen met handtekeningenlijsten voor de deur staan, die een handtekening "tegen de muur" van je vragen.
"Nee mevrouw", zei ik dan, "daar wil ik niet voor of tegen tekenen". Maar dan begreep ze het nog niet en vroeg een half uur later nog eens. Geen wonder dat er uiteindelijk 65.000 handtekeningen op de lijst staan, waarvan een derde is afgekeurd door de Tweede Kamer. Maar toch nog genoeg om Dries van Agt weer eens van stal te halen en zijn anti-Israël-retoriek in de Tweede Kamer te laten spuien.
Afgezien van de vele hele leugens en halve waarheden die Dries van Agt bij deze gelegenheid uitsprak, is er nog een ander onbelicht aspect, dat ik hier graag wil vertellen. De Vereniging Sloop de Muur en dus Dries van Agt die namens hen spreekt, heeft directe banden met terreurorganisaties in het Midden-Oosten. Ik zal drie voorbeelden hiervan noemen:
1) Nawal Al-Baz , de voorzitter van de Vereniging Slop de Muur, is een zeer fanatieke Palestijnse activiste, die er niet voor terugdeinst om zelfs samen met de "Kameraadschap Drechtsteden" spreekkoren tegen Israël aan te heffen. Volgens het Reformatorisch Dagblad heeft ze de volgende achtergrond: "De in Jordanië geboren Nawal al-Baz voorziet in haar jeugdjaren Palestijnse terroristen in trainingskampen in haar geboorteland van eten en drinken. Aan de universiteit van de Jordaanse hoofdstad Amman studeert ze af in wiskunde en informatica. (...)" Ze is getrouwd met Ibrahim Al-Baz, zie hieronder.
2) De organisatie van Nawal Al-Baz steunt de tweede Gazavloot, die zoals bekend wordt gefinancierd door gelden afkomstig van Hamas en die dan ook tot doel heeft het terreurregime van Hamas te steunen. De
wereldwijde organisatie Gazavloot heeft contacten met en krijgt geldelijk ondersteuning van de Turkse IHH, een moslimbroederschap organisatie. Het is bekend dat de voorzitter van de Nederlandse Gazaboot, Rob Groenhuijzen, een veroordeelde terrorist is, die zich niet van zijn daden heeft gedistancieerd.
3) Het emailadres van de Vereniging Sloop de Muur staat op naam van de voormalige Fatah-terrorist Ibrahim Al-Baz.Volgens een bericht in het Reformatorisch Dagblad is hij geboren op de Westelijke Jordaanoever en voormalig lid van de Palestijnse beweging Fatah. Als jongeman vecht hij in Jordanië en Libanon. In 1979 wordt hij op een luchthaven in Parijs opgepakt met zo’n 5 kilo aan explosieven, bedoeld voor zijn Palestijnse broeders. In 1991 wil Nederland Al-Baz uitzetten, maar die beslissing wordt teruggedraaid. Sindsdien woont Al-Baz in Vlaardingen. In 2007 organiseert hij de omstreden pro-Palestijnse manifestatie in de Rotterdamse Doelen, een bijeenkomst waarvoor hij ook grootmoefti Ikrema Sabri van Jeruzalem –bekend om zijn felle antisemitische uitlatingen– uitnodigt. Het Al Awda Netwerk Palestina is bovendien een van de aanjagers van de jaarlijkse Dag van het Land in Vlaardingen.
En onder verantwoordelijkheid van Van Agt zouden oorlogsmisdaden op Molukkers gepleegd zijn.
ReplyDeleteOok de politieke loopbaan van Dries van Agt kenmerkt zich door incidenten die op één of andere manier iets met zijn afkeer van joden in het algemeen te maken heeft.
ReplyDeleteZijn inspanning om de drie van Breda in 1972 gratie te verlenen, waar hij op geen enkele manier enige rekenschap vanuit de Joodse gemeenschap meende te moeten houden. Als gevolg daarvan moest hij zelfs enige dagen onderduiken.
De gijzeling in de Scheveningse gevangenis 1974 waar twee Palestijnen vanwege een kaping vastzaten, een pistool werden overhandigt door de jezuïetenbroeder Matheus, die op voordracht van Minister van Justitie van Agt toegang had tot de inrichting van deze gevangenis.
Dezelfde broeder Matheus die strafvervolging ontliep, omdat de dagvaarding niet op tijd werd uitgereikt, Kamervragen van Terlouw en Imkamp (D66) om o.a. een onderzoek werden door Van Agt geweigerd.
De ontsnapping van oorlogsmisdadiger Menten 1976 naar Zwitserland ook onder de ogen van minister van Justitie van Agt.
Drie van Agt is zo schrijft zijn biograaf Adrianus Koster, opgegroeid in een 'provinciaal, beschermd en uitermate katholiek milieu. Het antisemitische vergif dat toentertijd door de katholieke kerk aan de mensen werd opgevoerd, heeft zeker zijn sporen nagelaten.
Misschien was het zijn geluk, dat hij te jong was om beïnvloed te kunnen worden door het nationaal Socialisme, en na de oorlog oud genoeg, om te begrijpen dat een politieke loopbaan verschoond moest blijven van ook maar de geringste vorm van antisemitisme.
Het opportunisme dat zo zichtbaar is in de politieke carrière van Dries van Agt kan misschien het beste worden getoond door zijn toespraak als Minister-president in 1978 ter ere van het 30 jarige bestaan van de staat Israel.
ReplyDeleteCongresgebouw te 's-Gravenhage 11 Mei 1978
Toespraak Minister-President Van Agt
30-jarige bestaan staat Israël
Op deze bijzondere en blijde dag herdenken wij hier tezamen dat 30 jaar geleden de staat Israël werd geboren. Deze feestelijke bijeenkomst biedt mij de gelegenheid namens de Nederlandse Regering en het Nederlandse volk, onze bijzonder hartelijke gelukwensen aan te bieden aan regering en volk van Israël ter gelegenheid van deze heuglijke gebeurtenis.
Helaas worden deze gevoelens van vreugde die wij speciaal vandaag koesteren jegens het Israëlische volk, getemperd door de gedachte aan de treurige gebeurtenissen die mede ten grondslag lagen aan de stichting van de staat Israël. De onafhankelijkheidsproclamatie van 14 mei 1948 in Tel Aviv valt immers niet los te denken van het immense leed dat het Joodse volk vóór en tijdens de Tweede Wereldoorlog werd aangedaan. Met name voor degenen die wisten te ontkomen aan de gruwelen van vervolging en uitroeiing, betekende de stichting van de staat Israël de zo lang verbeide mogelijkheid om zich voortaan in volle vrijheid en met behoud van de eigen identiteit een vreedzame toekomst te scheppen.
Ook vanuit ons land zijn vele Joodse landgenoten naar de jonge staat Israël getrokken om zich aldaar, samen met pioniers afkomstig uit andere delen van de wereld, geheel te wijden aan de opbouw van de Joodse natie. Binnen Nederland zijn wij met grote aandacht het wel en wee van het Joodse volk binnen het nieuwe staatsverband blijven volgen.
De verwevenheid van het Christendom met de geschiedenis van het Nabije Oosten is daar niet vreemd aan.
Daarnaast wordt deze grote aandacht voor het Israëlische volk verklaard door de omstandigheid dat vele generaties Joodse landgenoten mede het gezicht hielpen bepalen van de Nederlandse samenleving waaraan zij op velerlei terrein zulke waardevolle bijdragen hebben geleverd.
De grote verbondenheid, door de eeuwen heen gegroeid, met de Joodse bevolkingsgroep uitte zich op dramatische wijze tijdens de Februaristaking van 1941 in Amsterdam, toen een massaal protest opklonk tegen de door de bezetters jegens de Joodse bevolking ontketende terreur.
Het afschuwelijke lot dat zovele van onze Joodse landgenoten trof, verklaart evenzeer onze huidige gevoelens voor land en volk van Israël.
Veel heeft het Israëlische volk in de afgelopen 30 jaar bij het opbouwen van zijn staat tot stand weten te brengen. De opmerkelijke resultaten die de Israëlische landbouwers bereikten bij het cultiveren van hun land, en de transformatie van dorre woestijn in vruchtbare groene landbouwgronden is misschien wel één van de meest opvallende resultaten van de inspanningen van het Israëlische volk.
Daarnaast kan het echter ook wijzen op talloze andere indrukwekkende resultaten die werden bereikt in velerlei sectoren' van de Israëlische samenleving. Doch naast de vreugde daarover is er ook zorg, dat nog steeds geen regeling is gevonden voor het conflict, dat bij de vestiging van de staat Israël tussen haar en haar buren is ontstaan. Wij vanuit Nederland hopen van harte dat binnen afzienbare tijd een rechtvaardige en duurzame regeling van dit conflict gevonden kan worden welke de vrijheden en rechten van alle volkeren in het Midden-Oosten voorgoed zal waarborgen.
Eerst dan zal het volk van Israël de rust kennen waarnaar het al eeuwenlang hunkert